scheidsrechters_tips
Heb je voor onze fluiters een tip of heb je een vraag over hoe een regel werkt, stuur dan een bericht aan [email protected] en wij plaatsen de tip of het antwoord op de site!- Algemene tips
Iedereen die regelmatig hockeyt weet dat het spelletje leuker is als er goede scheidsrechters in het veld staan. En als je hockeyers de vraag stelt wat goede scheidsrechters zijn dan kunnen ze duidelijk aangeven aan welke ‘eisen’ zij moeten voldoen.
Zomaar de belangrijkste punten op een rijtje:
- Onpartijdig;
- Duidelijk en consequent fluitend;
- Zelfverzekerd;
- Kent de spelregels;
- Actief betrokken bij het spel.
Plezier:Heb veel plezier en straal dit uit (zonder gek te doen). Mocht je gespannen zijn, benoem dat dan, bv. bij de coaches van beide teams.
Spelregels:Zorg dat je de spelregels goed kent. In het begin nog lastig, probeer het verschil te zien tussen een opzettelijke overtreding en iets doms. Fluit iets harder voor een opzettelijke overtreding.
Houding en fluiten: Fluit hard (niet uitademen, maar blazen). Zorg voor een goede (fox) fluit. Wijs na het fluitsignaal duidelijk en met gestrekte armen aan;
Positie in het veld: De beste looproute is de ‘hockeystick’ tot de 23-meterlijn de zijlijn echt ver de cirkel in. Zorgt er ook nog voor dat je altijd vóór de aanval uitloopt als men jouw kant op komt.
Samenwerken en controle: Je mag (en moet) elkaar helpen als de ander iets niet kan zien. Ga tot ruim over de middenlijn mee met je collega en fluit ondersteunend in zijn verre hoek.
Omgaan met commentaar: Als je commentaar krijgt, probeer dan niet meteen van slag te raken. Probeer het je niet persoonlijk aan te trekken. Het werkt om beleefd te vragen of men op wil houden.
Je instelling:Focussen op je fluiten: Leg je fouten naast je neer (wat geweest is, is geweest). Leer van je fouten (overleg met je collega). Fluit in ieder geval de keren dat je ingedeeld bent. Je zult merken dat je steeds meer overtredingen gaat zien.
Bang zijn voor het fluiten, is begrijpelijk, maar er is iets aan te doen. Gebruik deze tips goed en neem jezelf voor te blijven werken aan het fluiten.
Fouten maken is niet erg en zeker niet iets om boos op jezelf om te worden. Wat jammer zou zijn als je niets leert van je fouten. Probeer erover te praten met je collegascheidsrechter, met een goede vriend of vriendin of met scheidsrechterbegeleiders;
Tot slot, fluit in ieder geval de keren dat je ingedeeld bent. Net als bij het hockeyen leer je goed te fluiten door het regelmatig te doen. Je zult merken dat je steeds meer overtredingen gaat zien en ook beter kunt inschatten of je voordeel kunt geven of dat je moet fluiten voor een overtreding. Maar misschien ter relativering; alles zien gaat niet lukken. De beste scheidsrechters zien waarschijnlijk maar 70% van alle overtredingen. Het is natuurlijk wel een uitdaging om die 70% te halen.
Veel fluitplezier!
Lees het nog eens rustig na in dit pdf-bestand. - Wanneer is het gebruik van een stick gevaarlijk?
Uitgangspunt
Een speler mag de stick niet op een gevaarlijke, bedreigende of intimiderende wijze gebruiken.
Wat is zoal gevaarlijk?- Het te hoog heffen van je stick (boven de schouder) waarbij een andere speler gevaar loopt (bv een zwaaibeweging met de stick op hoofdhoogte van andere spelers);
- De bal spelen of slaan als de bal hoger komt dan je schouder.Let op er is één uitzondering verdedigers mogen een schot op doel met hun stick op elke gewenste hoogte stoppen of laten afkaatsen (tenzij dit gevaar oplevert voor een andere speler);
- De tegenstander op de stick slaan met je eigen stick waardoor de tegenstander de bal niet goed kan spelen;
- Over de bal 'maaien’ tussen andere spelers;
- Het slaan van een‘forehand’-slag met de zijkant van de stick;
- Een hoog geslagen backhand slag of flats tenzij op goal;
- ‘Hengelen’ (met je stick boven je hoofd naar de bal in de lucht slaan) mag al helemaal niet. Je hoeft alleen te fluiten als de speler de bal ook echt raakt. ‘Hengelen’ is per definitie een gele kaart.
- De stick over het hoofd van je tegenstander heen te tillen, om bijvoorbeeld aan te geven dat je vindt dat de speler afhoudt.
Wat zijn de uitzonderingen?- Bij een hoge push op doel mag de verdediger met zijn stick boven schouderhoogte de bal tegenhouden (stick wel stilhouden en de bal niet wegslaan).
- Als je opspringt en de bal gecontroleerd aanneemt onder je schouderhoogte, dan mag het. Liggend op de grond is de bal spelen boven je eigen schouder wel verboden, zelfs als het nog onder de knie van de andere spelers is.
Wat doe je?
Indien je als scheidsrechter deze stick fouten ziet dan geef je een vrije slag tegen. Is het opzettelijk binnen het 23-metergebied dan zal je een strafcorner moeten geven.